Foto 1: Dit is de inktuitlaat, laat altijd de folie intact, de printer prikt hier zelf een klein gaatje in. Foto 2: Dit is de OT (One-time) chip. Als u de cartridges heeft gevuld, plaatst u de cartridges terug in de printer en de chip zorgt ervoor dat de vulstand-aanduiding éénmalig weer op "vol" staat. Zorg er dus voor dat u de cartridges netjes en volledig vult. Belangrijk: Als u de patronen voor de eerste keer heeft geplaatst, en u ziet dat het inktniveau behoorlijk lager is geworden, vul dan alle patronen weer bij. Zorg ervoor dat u de patronen bijvult voordat er een melding komt van de printer! Check dus geregeld het inktniveau!
Het vullen van de cartridges is zeer eenvoudig. Op de cartridges bevinden zich 2 dopjes, 1 gekleurd dopje(vulopening), en 1 transparant dopje (luchtinlaat). Via het gekleurde dopje wordt de cartridge gevuld. De kleuren cartridges vult u met ongeveer 15 ml inkt, de zwarte cartridge met ongeveer 20 ml inkt. Als u de cartridges heeft gevuld, sluit u de kamer weer af met hetzelfde gekleurde dopje.
Als u de cartridges heeft gevuld wordt het tijd om ze in de printer te plaatsen. Als u de cartridges gaat plaatsen verwijdert u de transparante dopjes (2) van de cartridges, dit zorgt voor de neerwaartse druk (belangrijk). Daarna plaatst u de cartridges in de printer. Nogmaals; LET OP HET INKTNIVEAU, en vul op tijd bij!