Loading

Manifest voor Organisaties met Purpose in 10 spelregels

Steeds meer organisaties raken geïnteresseerd in het idee van purpose. De vroegere missie en visie zijn versleten, er is een oprecht verlangen naar een diep gevoelde meerwaarde. Waar komen we bij ons nu eigenlijk het bed uit? Maar er is meer. De purpose die (weer) gevonden wordt, hangt niet langer aan de muur of staat met vetgedrukte letters in het jaarverslag, nee, purpose wil in praktijk gebracht worden. Walk the talk dus. Laat maar zien in de cultuur. Laat maar zien naar de wereld wat purpose dan voor jullie precies betekent. Ik heb daarvoor een manifest geschreven. Een Manifest voor Organisaties met Purpose. In 10 simpele spelregels. Lees​ ze, bespreek ze en pas ze toe in jouw organisatie.

1. Ken je het verhaal van je eigen organisatie? Wanneer is het begonnen? Waarom? Wat zijn de roots van de organisatie?
2. De verleiding is groot om te gaan voor winstmaximalisatie — geloof er niet in. Geen enkele organisatie draait om geld.

In zijn zeer inspirerende boek ‘Wat er nu toe doet’ legt Gary Hamel vijf ‘grondregels’ voor een werkzaam leven uiteen. Het zijn grondregels voor iedereen persoonlijk, maar gelden ook voor een groep. Als je ze leest, en herleest, zie je welke diepe betekenis deze grondregels voor een leven met purpose kunnen hebben.

1. De talenten die je hebt zijn jou toevertrouwd, gebruik ze, maar niet als persoonlijk gewin.

2. Heb de bereidheid om andermans belangen zwaarder te laten wegen dan je eigenbelang.

3. Kijk naar het veiligstellen van de toekomst, ook al doe je je voordeel met het heden.

4. Wees verantwoordelijk voor je beslissingen voor het geheel en de consequenties daarvan.

5. Jouw beloning hangt samen met je bijdrage, niet met je zeggenschap.

3. Kijk niet teveel naar binnen, naar je eigen handelen, processen, gedoetjes. Kijk naar buiten, daar is de wereld waar je je mee verbinden moet.
4. Elk leven floreert bij goede relaties, dat geldt ook voor organisaties.

In het langstlopende onderzoek ter wereld — 75 jaar! — over menselijk geluk toont Robert Waldinger aan dat mensen het gelukkigst zijn in bestendige relaties. Wat maakte hen gelukkig in hun leven? Robert Waldinger vertelt in een korte video over dit opmerkelijke onderzoek en hij concludeert heel simpel: Goede relaties maken ons gelukkiger en gezonder.

Allereerst zag men in dat onderzoek dat goede sociale contacten gelukkig maakt tegenover uiteraard de eenzaamheid van geen contacten. Eenzaamheid is sowieso een sluipende moordenaar in het leven van mensen. In de tweede plaats gaat het dan wel om de kwaliteit van die relaties — niet de kwantiteit maar de kwaliteit dus. Mensen gedijen slecht in een sfeer van conflicten. En als laatste, die goede relaties helpen ons gezond te blijven, vooral als het gaat om onze hersenen.

De boodschap en conclusie van dit onderzoek is dat we aan die relaties moeten blijven werken. Voor ons eigen geluk. En dat er geen quick fix in het leven is. Het komt dus niet vanzelf.

‘But over and over, over these 75 years, our study has shown that the people who fared the best were the people who leaned in to relationships, with family, with friends, with community.’ — Robert Waldinger

Werken aan ons geluk is werken aan onze relaties. Ook op ons werk. En zeker als je bedenkt dat een belangrijk deel van je leven zich daar afspeelt.

Slechte relaties leiden tot eenzaamheid op het werk. Relaties die zich niet verdiepen en heel oppervlakkig blijven geven ontevreden gevoelens. Relaties die zich afspelen in een sfeer van conflict maken mensen diep ongelukkig. Gevolg is een organisatie die slecht presteert.

Met andere woorden, als een organisatie voldoende aandacht besteed hoe de onderlinge relatie is van de medewerkers zal de manier van werken een veel hoger rendement geven. In alles. Een gelukkige organisatie is een organisatie die veel aandacht geeft aan de manier van werken tussen mensen en met mensen. Investeringen zullen zich terug betalen en diepe voldoening geven.

5. Durf kwetsbaar te zijn. Naar elkaar, naar jezelf. In kwetsbaarheid ontdek je zoveel meer van de organisatie.

In een interview vertelt de jonge filosoof Roman Krznaric over het belang over empathie. Invoelingsvermogen. De ander (mens) zien en ermee begaan zijn. ‘De laatste jaren is er steeds meer psychologisch en neurologisch onderzoek waaruit blijkt dat ons empathisch vermogen tot de basisuitrusting in onze hersenen behoort en slechts een heel klein percentage — zo’n 2 procent — niet over empathie beschikt. De aanname was toch jarenlang — ook in de economie — dat de mens individualistisch is en gericht op het eigen belang. Het is zonde om geen gebruik te maken van ons potentieel en talent tot samenwerken.’

Roman Krznaric heeft er inmiddels een boek over geschreven ‘Empathie’ waarin hij onderzoekt wat empathie betekent voor o.a. acteurs, activisten, verpleegkundigen, neuro-wetenschappers, bankiers en journalisten. En hij is inmiddels een veelgevraagd spreker over het onderwerp bij organisaties en bedrijven over de hele wereld. Opvallend?

Laten we eens teruggaan in de tijd. In 1923 schreef de filosoof Martin Buber het boekje ‘Ik en Jij’, daarin beschrijft hij hoe een mens zich kan verhouden met de ander (mens). Is er een verhouding tussen een ik en een jij, of is het meer een ik en een ‘het’ geworden. Sinds dat boekje van Buber hebben veel mensen zich een ‘het’ gevoeld binnen organisaties en bedrijven. Een nummer, een productiecijfer, een middel tot het doel van winstgevendheid. Niet waargenomen worden — als medemens — leidt tot eenzaamheid, destructie en ineffectiviteit. Buber’s uitspraak “All real living is meeting” zou leidend moeten zijn binnen organisaties.

‘Ruim de helft van alle werknemers put bijvoorbeeld geen voldoening uit zijn werk. Dat is toch triest? (…) Ik denk dat medewerkers verbondenheid missen. Zij willen niet alleen een human resource zijn, maar als mens gezien en gewaardeerd worden. Empathie is uiteraard geen wondermiddel, maar kan het welzijn van medewerkers wel vergroten.’ (Roman Krznaric)

Empathie vraagt om herkenning, herken ik mij in die ander? Herken ik mij in de situatie van die ander? Wat doet dat met mij? Of om Buber nog maar eens aan te halen: als die ander een ‘het’ geworden is, een human resource, dan is het waarnemen vervlakt tot een output, een resultaat dat behaald moet worden. En dat kunnen we als mens uiteindelijk niet aan.

6. Durf te gaan staan. Iedereen heeft iets te zeggen, iets te brengen, iets te laten zien, maar daar moet je wel voor gaan staan. Durf zichtbaar te worden.
7. Pas als er oprechte verbinding is tussen mensen kan er geleerd worden van elkaar.

Een jonge onbekende Amerikaan schreef op een nieuwsblog dat hij zijn laatste stropdas — met badeendjes — had uitgezocht omdat hij stervende was. Zijn boodschap was vooral iets van je leven te maken, iets dat hem maar weinig gelukt was.

Eén van de tips die hij gaf was: ‘Verspil je tijd niet aan werk waar je geen plezier aan beleeft.’ Hij was teleurgesteld nu hij terugkeek — zo jong van leeftijd — en wilde toch mensen inspireren met een paar laatste woorden.

Boven aan zijn blogpost staat deze titel: ‘Soon I will be gone forever, but that’s okay as long as someone reads this.’

In het kort is dit wat hij schreef:

Verspil je tijd niet aan werk waar je geen plezier aan beleeft.

Wees niet bang voor het oordeel van anderen.

Neem verantwoordelijkheid voor je leven, stel niet uit.

Waardeer de mensen om je heen, en laat dat ook zien.

Natuurlijk ben ik onder de indruk van zo’n laatste kreet van een jonge vent die nu waarschijnlijk overleden is. Het lijken dit soort simpele ‘regels’ te zijn die je zo snel uit het oog en het hart laat verdwijnen. En misschien moet je eerst doodgaan om je ze weer te herinneren.

Hij sluit met de memorabele woorden: ‘Leave a mark in this world. Have a meaningful life, whatever definition it has for you. Go towards it. The place we are leaving is a beautiful playground, where everything is possible. Yet, we are not here forever. Our life is a short spark in this beautiful little planet that flies with incredible speed to the endless darkness of the unknown universe. So, enjoy your time here with passion. Make it interesting. Make it count!’

Wat me echter nog veel meer inspireerde waren de 4.783 comments op zijn blogpost. Stuk voor stuk — ik heb ze niet allemaal gelezen, maar wel veel — reacties van met name jonge mensen die aan het denken waren gezet, stappen hadden gezet en zeer geïnspireerd waren geraakt door zijn zorgvuldige woorden. Jonge mensen die rottige baantjes vaarwel zegden, niet langer hun leven wilden uitstellen, nu de verantwoordelijkheid namen om er iets van te maken.

Make it count, make it count!

8. Zoek. Geef nooit op. Zoek.

Stel je zelf eens deze 7 vragen over het zoeken:

Waar sta je nu? Waar droom je van? Waar sta je voor, welke waarden heb je? Waar ben je eigenlijk op uit? Wat wil je, waar geloof je in? Kun je dat aan anderen vertellen? Wat ga je ermee doen?

9. Blijf spelen. Geef het kind in de organisatie de vrije ruimte.
10. Maak van de organisatie het huis waar iedereen graag komt. Een veilige plek. Een thuis.

©Ron van Es, 2018

Meer over mijn werk kun je lezen op Work and Purpose

Report Abuse

If you feel that this video content violates the Adobe Terms of Use, you may report this content by filling out this quick form.

To report a Copyright Violation, please follow Section 17 in the Terms of Use.