Loading

3. Woonactoren

  1. Lokale overheden
  2. Sociaal wonen
  3. Andere
  4. Gemeenten: instrumenten

1. Lokale overheden

1.1. Gemeenten bijstaan bij het voeren van een lokaal woonbeleid

Volgens de Vlaamse Wooncode is de gemeente verantwoordelijk voor het uitwerken van haar lokale woonbeleid, met aandacht voor het stimuleren van sociale woonprojecten, het ondersteunen van woonbehoeftige inwoners en het bewaken van de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving.

Op 16 november 2018 keurde de Vlaamse Regering een besluit over het lokale woonbeleid goed. Dat stelt voor de lokale beleids- en beheerscyclus 2020-2025 drie Vlaamse beleidsprioriteiten voor het lokaal woonbeleid vast, waaronder alle gemeentelijke taken worden gebundeld. Die beleidsprioriteiten stemmen grotendeels overeen met de hoger vermelde basisopdrachten die elke gemeente moet opnemen:

  • de gemeente zorgt voor een divers en betaalbaar woonaanbod afhankelijk van de woonnoden
  • de gemeente werkt aan de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving
  • de gemeente informeert, adviseert en begeleidt inwoners met vragen over wonen

Vlaanderen ondersteunt de gemeenten op verschillende manieren bij hun rol. Zo kunnen gemeenten een subsidie aanvragen om via intergemeentelijke samenwerking het lokale woonbeleid uit te bouwen. Daarnaast krijgen ze ondersteuning van de begeleiders lokaal woonbeleid, die werken vanuit de decentrale diensten van het agentschap. Wonen-Vlaanderen organiseert ook vormingen en opleidingen voor de lokale besturen.

1.2. Begeleiding en ondersteuning

Wonen-Vlaanderen begeleidt en ondersteunt de gemeenten bij de uitbouw van hun lokale woonbeleid. Naast deelname aan het lokaal woonoverleg en andere initiatieven vanuit de gemeente staan de begeleiders ook klaar voor het beantwoorden van vragen en ondersteuning op maat.

Wonen-Vlaanderen begeleidt en ondersteunt de intergemeentelijke projecten lokaal woonbeleid (IGS) bij de projectuitvoering.

1.3. Vormingen en opleidingen

Wonen-Vlaanderen heeft een structureel vormingsaanbod voor lokale besturen.

De begeleiders lokaal woonbeleid organiseren in elke provincie periodiek overlegtafels voor verschillende doelgroepen waarop kennis, informatie en ervaringen over het lokale woonbeleid worden uitgewisseld. In 2019 waren in totaal 18 overlegtafels voor IGS-coördinatoren, huisvestingsambtenaren of loket- en woonwinkelmedewerkers.

Op 25 juni 2019 vond voor de tweede maal een Dag van het Lokale Woonbeleid plaats met inspirerende, informatieve en interactieve sessies. Die opleidings- en netwerkdag is gericht op mandatarissen en medewerkers van gemeenten en IGS-projecten lokaal woonbeleid, zowel specialisten als nieuwkomers in het werkveld. In totaal waren er 245 deelnemers.

In het najaar van 2019 organiseerde het agentschap in elke provincie infosessies over de recente wijzigingen in de regelgeving die een impact hebben op het lokale woonbeleid. Thema’s die aan bod kwamen waren: het vernieuwde ondersteuningsaanbod van Wonen-Vlaanderen; Thuis in de Toekomst, de tool voor burgers rond duurzame woonwensen; lokale toewijzingsreglementen; het optimalisatiedecreet woningkwaliteit; het meldpunt discriminatie op de private huurmarkt. In totaal waren er 295 deelnemers, verspreid over vijf sessies.

1.4. Lokaal woonoverleg

Het lokaal woonoverleg is een essentieel instrument om de gemeenten te ondersteunen in hun lokale woonbeleid.

In 2019 werd Wonen-Vlaanderen in totaal 666 keer uitgenodigd op een lokaal woonoverleg. Aanwezigheid van Wonen-Vlaanderen was 85%. In totaal vond in 286 van de 300 gemeenten (95%) een lokaal woonoverleg plaats. Een regelmatig lokaal woonoverleg betekent dat gemeenten minstens twee keer per jaar een overleg organiseren. In 2019 was dat in 276 gemeenten (92%) het geval.

De kaart hieronder geeft een geografisch overzicht van het aantal keer dat in 2019 in de gemeenten een lokaal woonoverleg plaatsvond.

Dit is de top-10 van thema’s die in 2019 het meest aan bod kwamen op het lokaal woonoverleg:

Daaruit blijkt dat het thema sociale huisvesting het lokaal woonoverleg veruit blijft domineren. Intergemeentelijke samenwerking scoort ook hoog; wellicht doordat in 2019 aanvraagdossiers moesten worden opgemaakt en ingediend voor de subsidiëringsperiode 2020-2025

1.5. Intergemeentelijke samenwerkingsprojecten

Het besluit van de Vlaamse Regering van 16 november 2018 over het lokale woonbeleid bevat het subsidiekader voor intergemeentelijke projecten lokaal woonbeleid voor de periode 2020-2025.

In de periode van maart tot juni 2019 organiseerde Wonen-Vlaanderen 69 keer een verkennend overleg waar een vertegenwoordiging van een IGS-project het projectvoorstel voor de periode 2020-2025 kwam toelichten. Er werden in totaal 71 subsidieaanvragen ingediend. Een aanvraag werd onontvankelijk verklaard. Voor de overige 70 aanvragen kende de minister op 12 december 2019 een subsidie toe.

Vanaf 1 januari 2020 zijn er 70 gesubsidieerde IGS-projecten lokaal woonbeleid, waaraan in totaal 255 Vlaamse gemeenten deelnemen: vier Vlaamse gemeenten op vijf zijn dus bij een intergemeentelijk project betrokken. Onderstaande kaart toont een geografisch overzicht van de aangesloten gemeenten.

1.6. Inhoudelijke en financiële opvolging IGS-projecten

Tot 31 december 2019 waren er 49 gesubsidieerde IGS-projecten lokaal woonbeleid volgens de subsidieregeling van het besluit van de Vlaamse regering van 8 juli 2016, die door Wonen-Vlaanderen werden opgevolgd via terreinwerking (in 2019 vonden 114 stuurgroepen plaats) en via beoordeling en advisering van jaarverslagen.

In 2019 heeft Wonen-Vlaanderen in totaal 3,181 miljoen euro uitbetaald.

2. Sociaal wonen

2.1. Vervolgtraject voortgangstoets 2018

Wonen-Vlaanderen voert tweejaarlijks een voortgangstoets uit, die nagaat welke inspanningen een gemeente levert om het bindend sociaal objectief te bereiken. Wonen-Vlaanderen meet elk jaar, dus ook in de jaren waarin geen voortgangstoets plaatsvindt, het sociale woonaanbod.

In 2018 voerde Wonen-Vlaanderen opnieuw een voortgangstoets uit. Op 14 december 2018 keurde de Vlaamse minister van Wonen de lijst goed met de definitieve indeling van gemeenten in categorieën. In totaal zitten 198 gemeenten in categorie 1: zij volgen het groeipad. 94 gemeenten zitten in categorie 2a: zij volgen het groeipad niet, maar leveren voldoende inspanningen om het bindend sociaal objectief te behalen. 16 gemeenten zijn ondergebracht in categorie 2b: zij leveren onvoldoende inspanningen om het bindend sociaal objectief tijdig te behalen.

Aan de gemeenten die bij de voortgangstoets van 2016 niet in categorie 2b waren ondergebracht en dus geen samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten (6 van de 16), werd gevraagd zo’n overeenkomst te sluiten. In het voorjaar van 2019 organiseerden Wonen-Vlaanderen en de VMSW (Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen) begeleidingsgesprekken met de gemeenten in kwestie.

De gemeenten die bij de voortgangstoets van 2016 in categorie 2b waren ondergebracht en voor de periode 2017-2019 een samenwerkingsovereenkomst hebben gesloten (10 van de 16), moesten hun overeenkomst evalueren en desnoods aanpassen. Voor twee van die gemeenten vond op hun verzoek een begeleidingsgesprek plaats.

2.2. Procedurebesluit Wonen

Op 14 juli 2017 keurde de Vlaamse Regering een nieuw Procedurebesluit Wonen goed. De nieuwe regeling trad gefaseerd in werking. Wonen-Vlaanderen heeft sinds 1 november 2017 geen adviserende rol meer, maar blijft de lokale besturen ondersteunen.

In september 2017 werd het Projectportaal uitgerold. Dat is het online platform waarmee de VMSW en de initiatiefnemers (onder andere sociale huisvestingsmaatschappijen) informatie uitwisselen over de sociale woonprojecten. De lokale besturen en intergemeentelijke samenwerkingsverbanden (IGS’en) kunnen er de sociale woonprojecten in hun gemeente(n) opvolgen. De gemeente brengt in deze digitale omgeving de lokale woontoets uit. De VMSW ontwikkelde een BSO-planner waarmee gemeenten kunnen nagaan hoever ze staan met het behalen van hun bindend sociaal objectief. Als het BSO is behaald geeft een convenant-planner weer hoeveel sociale huurwoningen er via het sociaal woonbeleidsconvenant kunnen worden gerealiseerd. In 2020 lanceert de VMSW een vernieuwde versie van het Projectportaal.

2.3. Attesten ‘ligging in een bestaande woonkern’

Het agentschap levert daarvoor een gunstig of ongunstig attest af. Door de beslissing van de Vlaamse Regering om de subsidies voor sociale koopwoningen en sociale kavels af te schaffen, neemt het aantal aanvragen voor de afgifte van een attest ‘ligging in een bestaande woonkern’ al enkele jaren af. In 2016 leverde Wonen-Vlaanderen nog 79 attesten af, in 2017 daalde dat aantal naar 53, in 2018 ging het om 48 attesten, en in 2019 eindigde de teller op 14 attesten.

Van de in 2019 afgeleverde attesten kregen er twaalf een gunstige beoordeling, en waren er twee ongunstige attesten. Het overgrote deel van de attesten (93%) heeft betrekking op de aanleg of aanpassing van wooninfrastructuur (SSI, zowel mogelijk voor huur- als koopwoningen), tegenover 7% op een subsidie voor de bouw van sociale koopwoningen (SBE). Opvallend is dat iets meer de helft van de attesten (57%) in Limburg werd uitgereikt. Ook in de provincies West-Vlaanderen (36%) en Antwerpen (7%) werden attesten uitgereikt. Voor Oost-Vlaanderen en Vlaams-Brabant waren er geen aanvragen in 2019.

2.4. Lokale toewijzingsreglementen

Om beter tegemoet te komen aan specifieke plaatselijke noden kunnen gemeenten of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden een eigen toewijzingsreglement voor sociale huurwoningen opmaken, dat een aanvulling vormt op de standaardtoewijzingsregels. Ze kunnen dat doen om de lokale binding te versterken, leefbaarheidsproblemen aan te pakken of extra aandacht te besteden aan specifieke doelgroepen.Intussen is het Kaderbesluit Sociale Huur aangepast en is het sinds 1 januari 2020 niet meer mogelijk om een toewijzingsreglement op te maken in het kader van de verbetering van de leefbaarheid.

In 2019 nam de minister voor 36 gemeenten een beslissing over het toewijzingsreglement. Dat is bijna een kwart minder dan in 2018. Twee toewijzingsreglementen werden afgekeurd: een omwille van te veel onduidelijke elementen, en een omdat het ging over cohousing, wat past binnen de proefomgeving voor experimentele woonvormen en waarvoor de komende jaren nog geen toewijzingsreglement moet worden opgemaakt. In drie gevallen werd het toewijzingsreglement opgesteld door een intergemeentelijk samenwerkingsverband.

Bij twaalf toewijzingsreglementen oordeelde de minister over doelgroepen waarvoor een doelgroepenplan was opgemaakt. Dat is er een meer dan in 2018. In de meeste gevallen ging het over personen met een beperking, die zelfstandig kunnen wonen mits begeleiding. In 13 gevallen werd een toewijzingsreglement voor ouderen goedgekeurd zonder doelgroepenplan, volgens de verkorte procedure van de omzendbrief. Dat is de helft van vorig jaar. Slechts bij drie gemeenten ging het om een eerste keer voorrang verlenen aan ouderen, bij tien gemeenten betrof het een verhoging of beperking van het aantal voor ouderen voorbehouden woningen die al bij een eerder toewijzingsreglement waren goedgekeurd.

Tien gemeenten hebben de lokale binding verder uitgewerkt, dat is een kwart minder dan in 2018. Een toewijzingsreglement beoogde een verbetering van de leefbaarheid.

2.5. Bijzondere sociale leningen: VMSW en VWF

De VMSW en het Vlaams Woningfonds (VWF) verstrekken bijzondere sociale leningen aan particulieren in het Vlaamse Gewest.

Wonen-Vlaanderen is verantwoordelijk voor de aanpassing van de regelgeving omtrent de bijzondere sociale lening. Daarnaast stond het agentschap in 2019 ook in voor de subsidiëring van de VMSW en het VWF, zodat zij die bijzondere sociale leningen kunnen verstrekken met een rentekorting. Concreet gaat het bij het Vlaams Woningfonds om de uitbetaling van werkings- en financieringstoelage. Voor de VMSW is er een toelage die afhangt van het resultaat van de verschillende fondsen die de VMSW beheert voor de bijzondere sociale leningen en de bouw en renovatie van sociale huurwoningen.

  • Werkings- en financieringstoelage VWF: 45.551.270,45 euro
  • Toelage VMSW: 11.572.404,33 euro
De VMSW verstrekte in 2019 2.204 leningen, voor een totaalbedrag van 373.701.843 euro.

Het Vlaams Woningfonds (VWF) kent bijzondere sociale leningen toe en verhuurt zelf ook woningen, aan woonbehoeftige huishoudens. De middelen vanuit het Vlaamse Gewest komen terecht in het Fonds B2, dat in hoofdzaak dient voor de bijzondere sociale leningen. Daarnaast mag het fonds die middelen ook inzetten voor huurhulpverrichtingen. In 2019 verstrekte het VWF zo 2.323 leningen, met een totaal volume van 407.244.238,52 euro.

Hieronder een overzicht van de leningen die door de VMSW en het VWF zijn toegekend in 2019, opgesplitst per provincie:

3. Andere

3.1. Huurdersbonden

Huurderbonden geven, individueel of collectief, informatie en advies aan huurders en kandidaat-huurders. Een huurdersbond treedt op als algemeen belangenbehartiger van huurders, vooral dan de meest behoeftigen. Daarnaast willen ze een goede rechtshulp bevorderen, ook in de adviesverlening door lokale besturen, en bouwen daarvoor netwerken uit. Per provincie is er een huurdersbond actief met een regionaal steunpunt. Zij organiseren zitdagen in verschillende gemeenten. Voor al die taken krijgen de huurdersbonden een subsidie voor hun personeels- en werkingskosten. In 2019 bedroeg het totale subsidiebedrag 1.921.395,15 euro.

3.2. Woonwagenterreinen

Sinds 2016 is de subsidiëring van de verwerving, inrichting, renovatie en uitbreiding van woonwagenterreinen voor woonwagenbewoners een bevoegdheid van Wonen-Vlaanderen.
In 2019 werd een verwervingssubsidie toegekend van 470.000 euro voor de inrichting van een woonwagenterrein in Halle.

Onderstaande projecten werden aanbesteed en waren aanleiding tot een bijkomende vastlegging:

  • Beveren: inrichting residentieel woonwagenterrein met 7 standplaatsen: een verhoging van de vastlegging op het ontwerp met 22.779,05 euro
  • Genk (Geenhoornstraat): renovatie residentieel woonwagenterrein met 46 standplaatsen + uitbreiding met 4 standplaatsen: een verhoging van de vastlegging op het ontwerp met 57.226,11 euro
  • Lille: inrichting doortrekkersterrein met 25 standplaatsen: een verhoging van de vastlegging op het ontwerp met 111.344,36 euro

Volgende projecten werden in 2019 stopgezet:

  • Beersel (Huizingen): inrichting doortrekkersterrein met 17 standplaatsen: goedkeuring ontwerp (1.243.933,70 euro)

3.3. Sociale verhuurkantoren

Sociale verhuurkantoren (SVK’s) huren woningen op de private huurmarkt, om die tegen een redelijke huurprijs onder te verhuren aan woonbehoeftige huurders en hun zo woonzekerheid te bieden. Zo maken ze deel uit van het netwerk van sociale woonactoren, met alle daaraan verbonden taken (begeleiding van huurders, overleg en samenwerking met lokale besturen en andere woon- en welzijnsactoren, waken over de woonkwaliteit, …).

In 2019 zijn er 49 erkende SVK’s in Vlaanderen, waarvan er 43 ook worden gesubsidieerd. Van de 10.769 woningen in beheer bij de gesubsidieerde SVK’s werden er 10.635 woningen gesubsidieerd. Eind 2019 werd een groeisubsidie uitbetaald voor 814 woningen die bijkomend in beheer werden genomen. Rekening houden met de woningen die uit beheer gingen was er een netto-toename van 806 woningen. Een SVK kreeg een opstartsubsidie toegekend.

Voor de personeels- en werkingskosten kregen de SVK’s een totaal subsidiebedrag van 21.452.691,90 euro.

3.4. Erkende kredietmaatschappijen

De erkende kredietmaatschappijen (EKM’s) zijn hypothecaire kredietmaatschappijen voor sociaal woonkrediet, erkend door de Vlaamse Regering. Einde 2019 waren er 15 maatschappijen erkend. Ze verstrekken gewaarborgde leningen voor het bouwen, kopen, verbouwen of behouden van een woning, om zoveel mogelijk mensen uit de doelgroep te helpen hun bescheiden woning te (her)financieren.

In 2019 verstrekten de EKM’s 1.131 leningen, voor een totaalbedrag van 160.678.888,46 euro. Het Vlaamse Gewest kent een gewestwaarborg toe op de funding die ze opnemen om hypothecaire kredieten te verstrekken. De EKM’s namen in 2019 funding op voor een bedrag van 93.932.000 euro.

In 2019 dienden de EKM’s drie dossiers in voor de uitwinning van de gewestwaarborg. In 2019 werd in zes dossiers de gewestwaarborg uitbetaald voor een totaal bedrag van 172.192,05 euro. Het betrof vier dossiers waarvan de aanvraag werd ingediend in 2018 en twee dossiers waarvan de aanvraag werd ingediend in 2019. In de overige dossiers konden de gewestwaarborgen (nog) niet worden uitbetaald omdat niet aan de voorwaarden was voldaan of omdat nog enkele stukken ontbreken.

Het regeerakkoord voorziet voor deze legislatuur de afschaffing van het systeem van dubbele waarborgen. In afwachting van de aanpassing van de regelgeving kunnen EKM’s in 2020 hun werking verder zetten volgens de bestaande modaliteiten.

3.5. Visitatieraad

De beoordeling van prestaties van de sociale huisvestingsmaatschappijen door visitaties

De Visitatieraad gaat na hoe goed een sociale huisvestingsmaatschappij (SHM) haar werk doet. De leden van de visitatiecommissies worden gekozen uit de Visitatieraad. Het prestatiemeetsysteem is ook een instrument voor zelfsturing voor SHM’s. Daarnaast vormt de prestatiebeoordeling de basis voor de erkenning als SHM. Wonen-Vlaanderen ondersteunt de visitatiecommissies bij de visitaties.

De tweede visitatieronde loopt van einde 2017 tot einde 2022. Tot einde 2019 werden al 37 SHM’s voor de tweede keer gevisiteerd. Daarvan vonden 18 visitaties plaats in 2019:

  • De Oostendse Haard: 16 en 17 januari 2019
  • Eigen Haard: 14 en 15 maart 2019
  • Hasseltse Huisvestingsmaatschappij: 21 en 22 maart 2019
  • KLEMO: 29 maart 2019
  • Nieuw Dak: 25 en 26 april 2019
  • Helpt Elkander: 13 en 14 juni 2019
  • Wonen: 27 en 28 juni 2019
  • Mijn Huis: 19 en 20 september 2019
  • Tieltse Bouwmaatschappij: 12 en 13 september 2019
  • De Volkswoningen: 1 en 2 oktober 2019
  • Goed Wonen.Rupelstreek: 12 en 13 september 2019
  • Molse Bouwmij. voor de Huisvesting: 19 en 20 september 2019
  • Geelse Huisvesting: 7 en 8 november 2019
  • Samenwerkende Maatschappij voor Volkshuisvesting: 23 en 24 oktober 2019
  • Woonzo: 23 en 25 oktober 2019
  • Woonhaven Antwerpen: 21 en 22 november 2019
  • Cordium: 12 en 13 december 2019
  • De Nieuwe Haard: 18 en 19 december 2019

Alle visitatierapporten verschijnen op de website van Wonen-Vlaanderen. Tot einde 2019 zijn er al 24 rapporten gepubliceerd. Een publicatie volgt doorgaans ongeveer 9 maanden na de visitiatiedagen

Alle rapporten zijn raadpleegbaar op visitatierapporten Wonen-Vlaanderen.

De indicatieve planning van de volledige tweede visitatieronde is raadpleegbaar op informatie voor shm's - visitatieraad shm's.

Credits:

Stijn Bollaert S. Hermann & F. Richter Matej Kastelic Chan2545 M-SUR Sjstudio6 Paulpixs Andrea Piacquadio