Loading

Van Eyck in Bruges Dissectie van 'madonna met kanunnik van der paele'

Dit is de heilige Donaas, bisschop van Reims. Zijn naam staat onderaan op de lijst van het schilderij. Je herkent hem aan het rad met vijf brandende kaarsen. De Sint-Donaaskerk, waar dit schilderij zich bevond, bezat relikwieën van deze heilige, waaronder zijn koorkap of mantel. Vermoedelijk liet Jan van Eyck zich door dit relikwie inspireren toen hij de prachtige blauwe, brokaten koorkap schilderde.

Dit is de heilige Joris van Cappadocië. Hij is de naam- en beschermheilige van de opdrachtgever van dit schilderij, Joris van der Paele. Als een christelijke strijder, stelt hij in een prachtig, glanzend harnas Van der Paele aan Maria en Jezus voor. De Sint-Donaaskerk, waar dit schilderij zich bevond, bewaarde een bot uit zijn arm. Dit relikwie werd waarschijnlijk bewaard in een houder die de vorm van een arm had, misschien wel te vergelijken met de geharnaste arm waarmee Joris zijn helm optilt.

Maria en Jezus zitten op een troon. Ze kijken naar de kanunnik, die op zijn beurt in de verte blikt. Het rode kleed van Maria wordt gereflecteerd in het harnas en de helm van de heilige Joris. Hiermee refereert Van Eyck naar een passage uit het boek Wijsheid, waarin Maria wordt geprezen als de perfecte reflectie van God. Deze passage staat ook op de bovenkant van de lijst.

Joris van der Paele, kanunnik van de Sint-Donaaskerk, knielt neer. Hij heeft zijn bril afgedaan en kijkt op van zijn gebedenboek. Maar waar kijkt hij naar? Niet naar Maria en Jezus. Verschijnen zij alleen in zijn gedachten? Of richt hij zijn diffuse blik op het kruis dat de heilige Donaas vasthoudt?

Beeldhouwkunst

Glaskunst

Miniatuurkunst

Juwelen

Bont

Tapijt uit het Midden-Oosten

Valenciaanse tegels

De uitheemse Indische halsbandparkiet werd in de 15de eeuw via handelsschepen naar Brugge gebracht. Door zijn centrale positie, houding en blik valt hij op. Maar waarom wordt hij afgebeeld? Misschien verspreidde hij als pratende vogel de christelijke boodschap?

Parels en edelstenen

Maria en Jezus zitten op een troon, centraal in een kerkinterieur. De troon vervangt het altaar, de belangrijkste plaats in de kerk. Daar vindt immers de eucharistie plaats, waarbij tijdens de liturgie brood en wijn veranderen in het bloed en lichaam van Christus. Dit heet de transsubstantiatie en vormt de kern van het christelijk geloof. Want door te sterven voor de mensen, maakte Jezus het eeuwige leven voor hen mogelijk.

Brood en wijn worden tijdens de liturgie geplaatst op een witte doek. Ook Jezus zit op een witte doek, waarmee een directe link tussen de brood en wijn en zijn lichaam en bloed wordt gemaakt.

Dit kruis is een reliekhouder met een splinter van het kruis waaraan Jezus stierf. In de Sint-Donaaskerk werd dit relikwie bewaard. Jezus’ kruisdood maakte het eeuwig leven mogelijk. Joris van der Paele staart naar het kruis. Hij hoopt na zijn dood het eeuwig leven te krijgen.

De vijf personages zitten in een romaanse kerk, in een halfronde of ronde ruimte. Zou dit de voorstelling zijn van de Sint-Donaaskerk? Of zou Jan van Eyck hier de Heilig Grafkerk in Jeruzalem hebben afgebeeld, gebouwd op de plek waar Jezus begraven werd en vervolgens uit de dood opstond? Deze laatste hypothese sluit aan bij de thematiek van offerdood en verrijzenis die in het schilderij zo prominent aanwezig is.

Links en rechts op de armleuningen van de troon staan Adam en Eva. Deze eerste mensen uit het Oude Testament begingen de zondeval, waardoor de mens zijn onsterfelijkheid verloor. Toen Jezus aan het kruis stierf, deed Hij dit teniet en kreeg de mens het eeuwig leven terug.

Kaïn en Abel zijn de twee kinderen van Adam en Eva. Kaïn doodde zijn broer omdat God het offer van Abel wel aanvaardde en dat van hem niet. Die broedermoord markeert in het Christendom het ontstaan van het kwade in de wereld.

Samson wordt beschouwd als de redder van Israël en als voorafspiegeling van Christus in zijn strijd tegen het kwade. Hier staat hij afgebeeld met de leeuw die hij versloeg. De leeuw symboliseert moed en kracht, maar Samson was sterker. Hij scheurde de leeuw in stukken met zijn blote handen.

De heilige Joris houdt zijn heraldische vlag vast. Die is wit met een rood kruis. Tegelijkertijd symboliseert de vlag de verrijzenis van Christus. Het rood staat voor het bloed van Christus, die met zijn dood de mensheid zuiverde van haar zonden. Het wit symboliseert de zuiverheid en de vergeving.

Op de bovenzijde van de lijst wordt Maria geprezen met een citaat uit het boek Wijsheid: ’Deze is glanzender dan de zon en overtreft elke schikking van de sterren. Met het licht vergeleken wordt zij zuiverder bevonden, daar zij de weerschijn is van het eeuwige licht, de vlekkeloze spiegel van Gods majesteit.’ Het wordt letterlijk verbeeld door de reflectie van Maria in het harnas van de heilige Joris.

Op de linkerkant van de lijst leest men het verhaal van de heilige Donaas: ‘Uit één kraambed werd hij als negende van zijn broeders geboren, in het water geworpen werd hij levend teruggeschonken: herboren werd hij de eerste aartsbisschop van Reims. Hij geniet nu van Gods glorie.’ Onder de heilige Donaas is er ook een opschrift op een gouden achtergrond dat hem identificeert als ‘Heilige Donaas aartsbisschop’.

Op de vier hoeken van de lijst staan wapenschilden. Linksboven en rechtsonder het wapenschild van Van der Paele met twee gekruiste bakkersstokken en vier broden. Rechtsboven en linksonder het wapenschild van zijn moeder, geboren Carlins, met drie zilveren kepers op een blauwe ondergrond bezaaid met gouden lelies.

Op de rechterzijde van de lijst staat het verhaal van de heilige Joris: ‘Geboren in Cappadocië, streed hij voor Christus, de wereldse genietingen vluchtend, overwon hij door de dood en versloeg de draak.’ Op de onderzijde van de lijst staat ook zijn naam vermeld: ‘heilige Joris, soldaat van Christus’.

Langs de onderzijde van de lijst staat een lang opschrift dat veel informatie verschaft over de opdrachtgever, de schilder, de datum, en de aanleiding voor de opdracht. ‘Meester Joris van der Paele, kanunnik dezer kerk, deed dit werk maken door de schilder Joannes van Eyck en hij stichtte twee kapelanieën deel uitmakend van het koor, 1434. Hij voltooide het echter in 1436.’ Joris van der Paele bestelde dit schilderij dus omdat hij twee stichtingen had gedaan waarmee hij vastlegde dat er tot in de eeuwigheid voor zijn zielenheil moest worden gebeden.